© CIDimport

Glasvezel, té snel internet?

Geplaatst: 19 januari 2012 - 14:14

Aangepast: 27 augustus 2022 - 07:34

Redactie ID.nl

Het aanleggen van glasvezelkabels helemaal tot aan de woning lijkt in veel plaatsen maar niet van de grond te komen.

Het aanleggen van glasvezelkabels helemaal tot aan de woning lijkt in veel plaatsen maar niet van de grond te komen. De razendsnelle glasvezelverbinding was in eerste instantie aanzienlijk duurder dan koper, maar de prijzen zijn sterk gedaald. Heeft het zin om over te stappen op glasvezel als dat kan?

Glasvezel, té snel internet?-15766501

© CIDimport

Glasvezel vermengd met plastic levert het oersterke materiaal fiberglass (glasvezelversterkt kunststof), waarvan schepen, auto’s en duurzame gebruiksvoorwerpen als daken, buizen en badkuipen worden gemaakt. Fiberglass is spotgoedkoop en is bijna even sterk als de peperdure koolstofvezels waar ze Formule-1-auto’s van bouwen. De kabels waar dataverkeer over wordt verzonden, bestaan uit een kern van ultrapuur glas, dat gek genoeg bij deze dunte buigzaam blijkt te zijn. Het glas moet puur zijn omdat het dataverkeer er als lichtpulsen doorheen wordt gezonden. Als er vuiltjes in het glas zouden zitten, betekent dat een forse afname van signaalkwaliteit en de maximale afstand waarover dataverkeer nog mogelijk is. De lichtpulsen bevinden zich in drie delen van het infrarode deel van het spectrum en zijn dus voor het oog onzichtbaar. De kabels bestaan grotendeels uit gel en ‘pantsering’ om het te beschermen tegen grondwater en dergelijke.

Licht boven stroom

De voordelen van glasvezelkabels boven traditionele koperen kabels zijn legio. Supergenie Alexander Graham Bell is niet alleen de bedenker van de telefoon, het lukte de knappe kop al in 1880 om een draadloos telefoongesprek te voeren via de ether door het geluid om te zetten in lichtflitsen. Onderzoek naar laserlicht in de jaren 60 en 70 van de vorige eeuw baande de weg voor de eerste praktische toepassing van lichtpulsen over een glasvezelkabel in 1977. In de jaren 80 maakte de gebruikte technologie een vlucht, wat resulteerde in fors efficiëntere communicatie over veel langere afstanden. Er passen veel meer haardunne glasvezels in een kabel dan koperen draadjes en het signaal ondervindt nauwelijks storing, zodat de maximale snelheid én afstand hoger zijn dan met koper. De productie van glazen kabels is goedkoper geworden, maar koper is nu zes keer duurder dan tien jaar geleden. Glasvezel is dus goedkoper dan koper toe te passen.

Lichtpuntjes

De gebruikte lichtpulsen zijn digitaal van aard: het licht is aan (waarde één) of uit (nul). Elektrische signalen zijn analoog. Hun signaal stijgt en daalt relatief langzaam, waardoor het lang duurt om de waarde van het signaal te veranderen. Ook is het moeilijk om te bepalen wanneer een golf nou precies een één of nul is. Dit betekent dat storing gemakkelijk de communicatie verpest. De grote hoeveelheid elektrische stroom door de koperen kabel zorgt dat dit soort kabels warm worden en brandgevaarlijk kunnen zijn. De glasvezelkabels worden niet warm én het opwekken van lichtpulsen in glasvezel vereist fors minder elektriciteit. De grondstoffen voor glas zijn een berg zand, wat natrium en koolzuur. Al deze stoffen zijn gemakkelijk in grote hoeveelheden te verkrijgen en te recyclen. Koper wordt de halve wereld over gesleept en de productie ervan raakt steeds verder achterop bij de vraag. Al met al best goed voor het milieu dus, dat glas!

Glazen plafond

De capaciteit van glasvezel is enorm. Zo enorm zelfs dat geschat wordt dat 99 procent van al het bestaande glas dat wereldwijd in de grond zit momenteel niet wordt gebruikt. Ongebruikt glas wordt ‘dark fiber’ genoemd en is de reservecapaciteit van het netwerk.

Het voordeel van de bestaande glasvezelkabels is dat ze onafhankelijk zijn van de apparatuur die wordt gebruikt om de lichtpulsen op te wekken en te ontvangen. Door meerdere kleuren licht te gebruiken kunnen er in één vezel opeens wel 80 tot 90 pulsen tegelijk worden verstuurd. Eén typische vezel verwerkt nu meestal tien Gbit/s aan data, oftewel een complete dvd binnen vier seconden! Er is al apparatuur op de markt waarmee diezelfde vezel tien keer zo veel data verwerken. In Parijs hebben wetenschappers met experimentele apparatuur en 155 kleuren laserlicht over 90 kilometer een snelheid van 100 Petabit per kilometer gehaald. Met deze apparatuur kun je in één vezel 400 dvd’s per seconde verzenden tussen Europa en de VS.

Fiber to the home?

‘Glas’ is duidelijk onmisbaar in de moderne wereld. De achtste TransAtlantische Telecommunicatie kabel TAT-8 zorgde in 1988 voor een destijds ‘supersnelle’ verbinding (van slechts 20 Mbit/s) over de zeebodem tussen de VS, Engeland en Frankrijk. Momenteel is de veertiende kabel - TAT-14 – goed voor een maximum van 3200 Gbit/s, waarvan zo’n 1200 Gbit nog niet in gebruik is. Maar glasvezel komt steeds vaker ook tot aan uw voordeur, zogenaamd ‘Fiber to the Home’ (FttH). Daarnaast is er ‘Fiber to the Building’ (FttB), de naam voor de aansluiting van een flat of bedrijf. Beschikt u over een FttH-verbinding, dan is 100 procent van de bekabeling, vanaf uw modem tot aan de provider glas. Met FttH kan uw verbindingssnelheid oplopen tot wel duizend Mbit/s. En over glasvezel kunt u tegelijkertijd up- én downloaden. Met een 200 Mbit-aansluiting kunt u ook met 200 Mbit/s data internet opsturen. Bij bestaande breedbandinternetaansluitingen is de uploadsnelheid meestal tussen de vijf en tien procent van de downloadsnelheid.

Drie kabels

De drie belangrijkste vormen van breedbandinternet zijn dsl (telefoonkabel), kabelinternet (coax) en glasvezel. Elk type verbinding gebruikt dus een ander soort kabel. De snelste vorm van adsl is adsl2+, dat een maximale downloadsnelheid van 24 Mbit/s biedt en 3,3 Mbit/s up. Inmiddels is de opvolger vdsl2 er met een limiet van 52 Mbit/s down en 16 Mbit/s up. Vdsl2-abonnementen zijn helaas nog maar in een beperkt aantal gebieden beschikbaar. Het grote probleem dat alle dsl-varianten hebben is dat het signaal snel verslechtert naarmate de afstand tot de centrale groter wordt. 

Over de koperen coaxkabels kan men tegenwoordig 400 Mbit/s down en 108 Mbit/s up garanderen. Kabelaanbieders als UPC en Ziggo bieden internetsnelheden tot 120 Mbit/s down aan. Er wordt geadverteerd met namen als ‘Fiber Power’, maar let op: dit is beslist geen glasvezel. De aansluiting is huis is nog gewoon koper. Het netwerk van de provider is wel van glasvezel. Dit soort verbindingen wordt hybride fibercoax genoemd en kunnen de eerder genoemde snelheden van 400/108 Mbit leveren. De coax-delen van het netwerk zijn meestal zo’n twee- á driehonderd meter lang, kort genoeg om de maximale snelheid te kunnen garanderen.

Toch geen glas?

Het aanleggen van een FttH-verbinding kost zo’n 1000 euro per aansluiting. Dit bedrag bestaat vooral uit arbeidsloon en aanschafkosten van nieuwe apparatuur. Vandaar dat er maar weinig plannen zijn om bestaande coaxkabels te vervangen door glas. En waarom zouden de providers ook? Veruit de meeste mensen zijn zeer tevreden met een 25 Mbit-abonnement. Daarmee haalt u een downloadsnelheid tot 2,8 MB/s op torrents. Dat is slechts twee minuutjes wachten voor een aflevering van een televisieserie en 27 minuten voor een volledige dvd. UPC stelt: ‘Dat is nu voldoende. Een minderheid kiest voor 120 Mbit. Dat zijn de grootgebruikers en daar zijn er niet zoveel van. Het 120 Mbit abonnement voorziet dus in een behoefte van een specifieke gebruikersgroep.’ De gemiddelde Nederlander neemt momenteel zelfs genoegen met 7,5 Mbit aan downloadsnelheid.  Toch beschikt inmiddels 9,5 procent van de 7,4 miljoen huizen over een FttH-aansluiting. Het gaat hier logischerwijs meestal om nieuwbouw. Glasvezel is tenslotte goedkoper dan coax en de duurdere glasvezelapparatuur garandeert decennia lang voldoende capaciteit.

Eigen netwerk

Als u een abonnement met meer dan 25 Mbit/s snelheid neemt (zowel 25 Mbit/s down als up bij glasvezel), wordt opeens de snelheid van uw interne netwerk belangrijk. Want maakt u gebruik van een draadloze g-verbinding, dan haalt u zelfs als u vlak naast de router zit in de praktijk maar een snelheid van zo’n 20 Mbit/s. Zit u met uw laptop verder van uw g-router af, dan stort de maximale snelheid drastisch in. U betaalt in dat geval voor meer capaciteit dan u kunt benutten. Hebt u een duurdere n-router, dan is de snelheid op één meter afstand meestal tussen de 50 en 80 Mbit/s. Zit u er acht meter vandaan, dan is de snelheid vaak nog maar zo’n 20 tot 40 Mbit/s. UPC biedt bij zijn 120 Mbit-abonnement voor 100 euro extra een Broadcom-router aan die volgens UPC draadloos tot 90 Mbit/s levert. Maar dat is in het allerbeste geval nog altijd slechts driekwart van de 120 Mbit/s die het bijbehorende abonnement tot aan uw deur levert! Als u vooral draadloos werkt, blijkt een 50 Mbit-abonnement vaak al te veel van het goede. 

Overkill

Op dit moment is de meerwaarde van 60-, 100-, 120- en 200 Mbit-abonnementen voor een gewoon huishouden beperkt. Dit soort abonnementen is slechts interessant voor bedrijven of studentenhuizen met vele fanatieke downloaders. Ook in de nabije toekomst zien we geen enkele reden om thuis meer dan 50 Mbit af te nemen.

Limieten

Dsl lijkt tegen de limiet van de dunne kabel aan te lopen. Desalniettemin is de snelheid van vdsl2 ruim voldoende, mits u tenminste relatief dichtbij de wijkcentrale woont. Coax en HFC-kabelinternet kunnen zeker nog wat jaartjes mee. De maximale snelheid is tienmaal zo hoog als bij vdsl2 en dat is zestien keer de huidige standaard voor kabel. Pas in de verre toekomst zal Fiber-to-the-Home echt meerwaarde opleveren. In de praktijk betekent dit dat u zich voorlopig geen zorgen hoeft te maken over het al dan niet aanleggen van glas in uw wijk. De abonnementsprijzen per Megabit per maand van dsl, kabelinternet en glasvezel ontlopen elkaar momenteel nauwelijks (iets meer dan 1 euro) en het is onwaarschijnlijk dat dit zal veranderen. Fiber-to-the-home is en blijft wat dat betreft nog heel wat jaartjes een overbodige luxe. De trend is om steeds vaker internet alleen in combinatie met tv en/of telefonie aan te bieden, wat het lastig maakt om de prijzen te vergelijken. Een overzicht van de belangrijkste breedbandabonnementen kunt u vinden op www.computeridee.nl/20-2011. 

Dit artikel komt uit Computer Idee nummer 20, jaargang 2011.

Deel dit artikel
Voeg toe aan favorieten